Deze introductie is voor bezoekers met een visuele beperking en bevat belangrijke visuele informatie over de musical Shrek.
De voorstellingen met live audiodescriptie:
zondag 10 november om 12.00 uur in de Harmonie in Leeuwarden
zaterdag 4 januari om 15.00 uur in Theater Orpheus in Apeldoorn
zondag 19 januari om 16.00 uur in theater Flint in Amersfoort
zaterdag 1 maart om 15.00 uur in het Atlas theater in Emmen
zondag 23 maart om 12.00 uur in het Parktheater in Eindhoven
zondag 13 april om 16.00 uur in de Schouwburg in Hengelo
zondag 27 april om 15.00 uur in het Nieuwe Luxor Theater in Rotterdam
zaterdag 10 mei om 15.00 uur in Theater De Vest in Alkmaar.
De voorstelling duurt 1 uur en 45 minuten inclusief pauze.
Er is voor de voorstelling een speciale inleiding. Je wordt enkele dagen van tevoren door het theater geïnformeerd over de aanvangstijd van de inleiding en andere praktische zaken.
Zodra het tijdstip van de inleiding bekend is, vind je deze ook op de Komt het Zien! website onder het kopje Waar en Wanneer bij jouw voorstelling op www.komthetzien.nl/Shrek
De blindentolk van Komt het Zien! is Angelique van Lieshout of Hilbert Geerling.
In een moeras ver weg van de bewoonde wereld leeft Shrek, een vriendelijke Oger. Zijn vredige leven wordt verstoord wanneer Heer Farquaad alle sprookjesfiguren uit zijn rijk verbant en ze naar het moeras van Shrek stuurt. Vastbesloten om zijn moeras weer voor zichzelf te krijgen, gaat Shrek verhaal halen. Tegen zijn zin in wordt hij vergezeld door de praatgrage Ezel.
Terwijl Shrek en Ezel op pad zijn, heeft Heer Farquaad zijn oog laten vallen op prinses Fiona. Zij zit gevangen in een toren en wordt bewaakt door een vuurspuwende draak. Shrek en Farquaad sluiten een deal: Heer Farquaad geeft Shrek het moeras terug, als Shrek prinses Fiona voor hem gaat redden. Shrek gaat akkoord en dan begint een avontuur vol humor en onverwachte wendingen...
Shrek is een Oger; groen en groot. Hij heeft een dik rond en kaal hoofd. Zijn oren zitten elk op een dikke steel aan de zijkant van zijn hoofd. Hij heeft borstelige roodbruine wenkbrauwen en een vriendelijke gezichtsuitdrukking. Hij draagt een lange beige tuniek met over zijn schouders en borst een kort leren hes. Over zijn bolle buik een dikke bruine riem met gesp en met een leren tasje eraan. Onder de tuniek een bruine broek met verticale blauwe en rode strepen erop en bruine schoenen gemaakt van leren lappen.
Fiona is een knappe prinses met glinsterende ogen. Ze heeft glanzend lang rood haar dat ze in een vlecht draagt. Bovenop haar hoofd heeft ze een klein rond zilveren kroontje. Ze draagt een lange groene fluwelen jurk met goudgeel borduursel op de borst en aan het uiteinde van de mouwen. De jurk heeft een strak lijfje met een lage hals. Ze beweegt los en vrij en zeker niet statig.
Ezel draagt een fluffy grijs pak. Het stuk op zijn borst is iets lichter grijs dan de rest en zijn dijen zijn extra dik. Hij heeft geen handen en voeten, maar zwarte hoeven. Op zijn hoofd heeft hij een grote zwarte ‘hanenkam’ (zoals een punker). Links en rechts op zijn hoofd lange puntige ezelsoren die aan de binnenkant wit zijn. Zijn neus, mond en het deel boven zijn wenkbrauwen zijn wit. Aan zijn kont hangt een staart met een zwarte kwast. Ezel is nogal druk, altijd vrolijk en danst en springt veel.
Het eerste dat opvalt aan heer Farquaad is dat hij heel klein is. Zijn bovenlijf is normaal, maar zijn benen zijn kort. Wel de helft korter als dat je zou verwachten. Hij loopt dus ook met grappige kleine pasjes, waarbij hij een beetje naar achter helt. Hij heeft een goudkleurige legging aan en zijn onderbenen zijn gestoken in zwarte laarzen. De heer heeft half lang zwart haar met een pony en draagt een opvallende hoed. De hoed is rood met boven en onder een gouden band en doet denken aan een bloempot; van onder smal en boven breed. Hij draagt een rode tuniek met ruitmotief en gouden biezen. Ook de lange rode pofmouwen hebben gouden biezen. Hij heeft rode handschoenen aan en om zijn middel een grote zwarte riem. Op zijn schouders is een lange rode cape vastgemaakt. De cape heeft gouden biezen langs de randen.
Dit zijn er een stuk of 10. Ze zijn allemaal hetzelfde gekleed in de kleuren van het rijk van heer Farquaad; paars en azuurblauw. Ze hebben allemaal blauw haar van een soort rubber. De mannen hebben een grote kuif en de vrouwen twee staarten, die links en rechts horizontaal op hun hoofd staan (zoals bij Pipi Langkous). Ze dragen een korte paarse overgooier met op de rug een witte afbeelding van een pion, zoals uit een schaakspel. Onder de overgooier een azuurblauwe legging en gouden stukken op hun ellebogen, schouders en knieen. Ook hebben ze paarse handschoenen. Ze bewegen en dansen op een houterige manier en als ze stilstaan, staan hun voeten naar buiten gekeerd.
De draak is wel 7 meter lang en rood van kleur. Hij heeft schubben, punten op zijn rug en een punt aan het uiteinde van zijn zwiepende staart. Hij heeft een grote bewegende kop met rode lippen en een enorme bek met scherpe tanden. Links en rechts van zijn kop zitten ook punten. Zijn ogen zijn felgeel en de pupillen zijn geen rondjes, maar streepjes. Maar de draak heeft ook wimpers, waardoor hij er toch niet heel onvriendelijk uitziet. Uit zijn neusgaten komt rook. Hij glijdt door de lucht, want hij wordt met stokken omhoog gehouden door 4 mensen in zwart die je nauwelijks ziet.
Draagt een rood hansopje met korte broek. Hij heeft zwart haar met een geel hoedje met rode veer en een lange neus van wel 15 cm. Op zijn benen zijn houtnerven zichtbaar.
Draagt een groen pakje, heeft rossig piekig haar en heeft een knapzak aan een stok.
De wolf heeft de nachtkleding van oma aan; hemd en muts en ook een brilletje. Onder die nachtkleding steken dikke harige wolvenpoten.
Dit is een platte koek van wel 1 meter, in de vorm van een mannetje met gespreide armen en benen. Hij heeft ogen, knopen van snoep op zijn buik en een mond die kan bewegen.
De heks heeft lang bruin golvend haar met een grote zwarte heksenmuts erop. Ze draagt een groene jurk met een strokenrok en een donkere cape eroverheen.
De fee is gekleed in een lichtblauw gewaad met glimmetjes en strookjes. Ze heeft heel lichtblond opgestoken haar en vleugels op haar rug.
Loopt in een bol en fluffy grijs verenpak en heeft een grote gele snavel.
Roodkapje heeft lang zwart haar en draagt een rode cape met capuchon.
Doornroosje heeft lang blond haar, draagt een lichtroze jurk met pofmouwtjes en heeft een spinnewiel bij zich.
De biggetjes zijn ontzettend dik en hebben alledrie een ruitjesbloes en een hele grote roze broek aan met bretels. Ze dragen lange witte handschoenen en als ze lopen schommelen ze echt. Ze hebben roze krulhaar, varkensoren, een platte varkensneus en een krulstaartje.
Het verhaal speelt zich vooral af in het Moeras, bij het Kasteel en bij de Torenkamer. Elke plek heeft zijn eigen prachtige kleuren.
Het licht is groen en over de grond kruipt een dikke grijze mist, wat een mysterieuze sfeer geeft. Er staan meerdere bomen in groepjes van twee. De bomen hebben grillige takken en sommigen hebben wortels boven de grond, zoals mangroves die ook hebben. De hele achterwand bestaat uit verticale bladerslierten in verschillende tinten groen. Hier en daar ligt een kei.
Het kasteel bestaat uit een lichtgekleurde kasteelmuur met kasteelpoort en 4 torens. De kasteelpoort in het midden, bestaat uit twee grote torens in dezelfde vorm als de koningin van een schaakspel. Hoog tussen de koninginnetorens een poortboog en daaronder hangt een grote lichtgevende kroon. Daar weer onder zit een grote zwartwitgeblokte deur. Links en rechts naast de deur hangt een banier met paarse en azuurblauwe vlakken en met in het midden een iets kleinere lichtgevende kroon. Op beide hoeken van de kasteelmuur nog een toren. Deze is iets lager en heeft de vorm van het schaakstuk Toren, dus met een kartelrand van boven. De buitenste torens zijn met de binnenste verbonden door een soort balustrade op 2,5 meter hoogte. Het kasteel is meestal blauwpaars verlicht.
De Toren waarin prinses Fiona zit opgesloten lijkt qua vorm op een raket. Breed van onderen en smal en puntig van boven. De toren is aan de voorkant open. De onderkant is van steen, ongeveer 50 centimeter daarboven begint de torenkamer en deze heeft een ijzeren balustrade die helemaal rondom loopt. De achterwand van de kamer bestaat uit een glas-in-lood raam en in de kamer staat een witte bank met alleen aan de linkerkant een leuning. Boven op de torenkamer een rood puntdak met een blauwe kasteelmuurrand. De torenkamer staat in rozepaars licht.
Komt het Zien! wenst je een fijne voorstelling.
Een agenda met overzicht van voorstellingen met live audiodescriptie door blindentolken is te vinden op: www.komthetzien.nl/agenda
Voor contact met Komt het Zien! stuur je een mail naar info@komthetzien.nl